“Het was veel werk, maar het was leuk om te doen” (leerling groep 5/6 Johan Frisoschool Zuid)
Er is een land waar iedereen wil zijn. Het bestaat in onze dromen. We noemen het Vrijland. Het is ieders eigen land. Maar op een magische manier is het ook één land van iedereen samen. Er is maar één ding dat vaststaat: in Vrijland is iedereen vrij.

Dit voorjaar maken we Vrijland waar. Sonja van der Arend van Schrijfclub Wageningen geeft Vrijland-les in zeven Wageningse basisschoolklassen. De leerlingen ontwerpen samen hun ideale land, op een grote landkaart met alleen oceaan. Deze posters zijn in aanloop naar Bevrijdingsdag te zien, zowel in de stad als online.
Alle kinderen weten precies waar het om gaat als je over vrijheid praat. Vrijheid is dat je kunt doen wat je wil. Dan volgen meer vragen. Wat heb je nodig om vrij te zijn? Wanneer ben je niet vrij? Wat doe je met je vrijheid? En hoe weet je wat je zelf wil?
Hun gedachten hierover gebruiken de leerlingen om hun eigen stukje Vrijland te maken. Ze krijgen allemaal een lege landkaart en tekenen daarop steden, dorpen, rivieren, bossen en wegen. Al die dingen geven ze namen die weergeven wat voor henzelf belangrijk is. Zo ontdekken ze allemaal het land van hun eigen dromen.
Dan komt een spannend moment: de leerlingen leggen hun kaarten bij elkaar. Een hele puzzel. Sluiten de bergen, wegen en rivieren precies op elkaar aan, of hoeft dat niet? Wie ligt naast wie? Wie ligt in het midden? Het resultaat plakken ze op de poster: het Vrijland van hun klas.
Maar dat is alleen nog maar een landkaart. Voor een echt land heb je nog veel meer nodig. De leerlingen bedenken zelf wat ze verder op hun poster willen plakken: een vlag, een volkslied, een hoofdstad… Al snel praat iedereen door elkaar, het praten wordt roepen, het roepen wordt schreeuwen, en de frustraties nemen toe. Hoe kun je nog doen wat je wil als er 25 anderen zijn die ook iets willen? Hoe weet je wat iedereen wil als je elkaar niet eens kunt verstaan? Hoe is iedereen vrij als iedereen doet wat ie wil? Oftewel: hoe kun je samen besluiten nemen als je nog niet hebt besloten hoe je besluiten neemt?
Met een beetje hulp komen de klassen daar heel goed zelf uit. Elke klas verzint een nieuwe manier om samen besluiten te nemen: opdelen in groepjes, verkiezingen, een rad van fortuin, steen-papier-schaar. In de tweede les testen ze het systeem dat ze hebben bedacht. Ze maken wetten, koningshuizen, voetbalteams, nationale gerechten… Overal zijn besluiten voor nodig. Lukt het met hun systeem om samen besluiten te nemen? Is iedereen inderdaad vrij in Vrijland? Dit is het verhaal achter de posters.